Hier een verslag van de workshop Vacuümgieten/kleinplastiek die op 1 en 15 april heeft plaatsgevonden in kunstenaarswerkplaats Beeldenstorm in Eindhoven. Ik heb hier samen met zeven andere deelnemers aan deelgenomen. Jeroen leidde de workshop. Het was erg leuk om op deze manier weer wat Kringleden te ontmoeten. Het bleek een gezellig club vrouwen te zijn en de sfeer zat er al direct goed in. Jeroen legde ons de twee gietmethoden, de cire-perdue methode en het vacuümgieten, uit. Voor mij was alles nieuw, sommige deelnemers hadden al ervaring in het een en ander op dit gebied.
De cire-perdue methode wordt het meest gebruikt in de Beeldenstorm. Hierbij worden wasmodellen (of modellen van ander, brandbaar materiaal) uitgestookt in een vuurvaste mal van gips, chamottemeel en chamottekorrels. In de lege ruimte die achterblijft in de mal wordt het gesmolten metaal gegoten. De mal wordt hierna kapot gehakt om het gietsel verder af te kunnen werken. De (was) modellen die hiervoor gebruikt worden hebben doorgaans een wanddikte van ca. 5 mm. Dunnere wasmodellen lopen het risico op koudloop.
In juli 2005 is de Beeldenstorm ook begonnen met onderzoek naar vacuümgieten. Het belangrijkste voordeel van deze giettechniek is dat het mogelijk is om haarscherpe details te gieten. De gietvorm (cuvette) wordt in een soort cabine of kist geplaatst, waarna alle lucht uit die omgeving wordt weggezogen. Het vloeibare brons (of aluminium) vult door het ontstane vacuüm in een dergelijke omgeving alle ruimte die het tegenkomt, met als gevolg een uiterst gedetailleerde weergave. Takjes, twijgjes, blaadjes, vingerafdrukken: tot het kleinste detail komt terug in het gietsel.
Tijdens de workshop mocht je met beide giettechnieken werken. Enkele hebben dit dan ook gedaan. Bij de aankondiging van de workshop stond gemeld dat het vooral om het experiment en onderzoek naar de mogelijke toepassingen van de giettechnieken op kleinplastiek ging en dat was duidelijk te zien aan de meegenomen modellen van de deelnemers. Er kwamen zeer veel verscheidene modellen tevoorschijn, uiteenlopend van gedroogde vruchten, miniatuur houten gereedschapjes, takjes, papieren kunstwerken, wasmodellen, en als topper toch wel een écht dood vogeltje!
Iedereen kreeg instructies van Jeroen en zo gingen we allemaal ijverig aan de gang met het solderen van onze objecten aan een gietbeker van was. Velen gingen voor het vacuümgieten. Aangezien ik twee wasmodellen had die iets groter waren was de cire-perdue methode voor mij het beste. Bij het vacuümgieten ben je namelijk gebonden aan een vaste maat van de cuvette. Bij de cire-perdue methode wordt een mal op maat van het plastiek gemaakt. Het bleek een heel precisie werk te zijn om de modellen vast te solderen aan de gietbeker. De deelneemster naast me had het helemaal zwaar, zij moest allemaal piepkleine miniatuur houten gereedschapjes vast solderen. Het aantal vloeken naast me nam dan ook met het uur toe. Tijdens de lunch werden we getrakteerd door een prachtige operaperformance van Gonda, hierna konden we er allemaal weer met frisse moed tegenaan. Nadat we klaar waren met het vast solderen van onze modellen aan de gietbeker begonnen we aan de volgende zware klus. Het vullen van onze cuvettes met gips. Ik moest eerst een eigen mal maken, aangezien ik geen vaste cuvette kon gebruiken. Helaas viel bij het invormen mijn bekisting om, waardoor ook mijn model beschadigde. Zodoende moest ik zo goed als het ging het half in het gips herfatsoeneren. Nu werd het helemaal spannend of mijn beeldje er nog goed uit ging komen!
Nadat al onze beeldjes dik ingepakt waren in het gips zat onze eerste dag erop. Moe maar voldaan begonnen we aan de terugtocht naar huis.
Twee weken erna was onze tweede en laatste dag van de workshop. Vandaag zou blijken of onze experimentele modellen er in het brons goed uit zouden komen! We startten de dag met het uithakken van onze mallen om vervolgens ons gietsel verder af te kunnen werken. Nadat we onze gietsels tevoorschijn hadden gehaald uit het gips probeerden we het zo gipsvrij mogelijk te krijgen door de restjes er nog met een tandenborstel of messingborstel af te krijgen. Vervolgens spoot Jeroen de beeldjes nog af met water. Gelukkig waren de resultaten heel erg goed, zelfs het dode vogeltje had het overleefd. Nou ja, nog steeds wel dood, maar het is nu heel mooi eeuwig vastgelegd in het brons. Jeroen liet ons zien hoe je de gietbeker eraf kon slijpen en vervolgens het beeldje verder kon bijwerken. Toen al een aantal dames naar huis gingen was ik nog hard bezig met slijpen. Het was te kort tijd om de beeldjes helemaal mooi af te werken, althans voor mij, dus dat is een goede reden om er nog een keer terug te keren. Het was een erg leuke kennismaking met de giettechnieken en met de Beeldenstorm. De Beeldenstorm heeft zoveel mogelijkheden voor de kunstenaar, daar ga ik zeker nog vaak gebruik van maken.
Imara Reuling