Op zaterdag 6 september 2014 vond de opening plaats van de tweede expositie van de NKvB in het Amsterdamse Bos onder de titel NKvB 2de Natuur. Weer werd gewerkt met materiaal dat het Bos voortbrengt, deze keer louter boomstammen. Vijf Kringeleden namen de uitdaging aan: Henk van Bennekun, Annemie Bogaerts, Irma Horstman, Mai Movrin en Marcel Prins. De opening werd verricht door NKvB-voorzitter Klaas Pauw en namen het Bos door Jan Heeren. Na de opening volgde een wandeling langs de werken samen met de NKvB-kunstenaars. 
De route is ongeveer twee kilometer lang en voert door het bos direct achter de Boswinkel. Een flyer met beschrijvingen en routeaanduiding is gratis verkrijgbaar bij de balie van de Boswinkel. De eerste locatie is ook meteen een uitzondering, want op de routekaart staat een andere plek voor hem aangegeven. Henk van Bennekum besloot op het laatste moment te kiezen voor een minder besloten, halfopen plek met deels een open zicht op een van de speelweiden. In de voorgaande weken stelde hij zorgvuldig zijn groepje dansende bomen samen uit meerdere selecties van stammen. Met indrukwekkende souplesse demonstreerde Henk de houding die aan een van de assemblages ten grondslag slag ligt.
Vrij snel daarna volgt het hangende werk van Irma Horstman, een gigantisch tapijt van stamschijven, dat ondanks het ernorme gewicht kan dansen tussen de bomen wanneer de wind wat aanwakkert.
Gaan we even een zijpad in dan komen we bij een van de ballenbruggen, de oorspronkelijke, speciaal voor het Amsterdamse Bos ontworpen ophaalbruggen. Die brug is door Annemie Bogaerts gebruikt als zichtplek voor haar geometrische, drijvende installatie in een verstilde waterloop. Het werk lijkt ingegoten in groen beton door de enorme kroosgroei in en om het werk.
Niet veel verder wordt het pad ingeklemt tussen een woud van 55 boomstammen, een werk van Marcel Prins.
De brug over het Karnemelkse Gat geeft zicht op de houten vis van Mai Movrin. Dit werk besluit de route NKvB 2de Natuur.
