Kunst is een geweldig verdienmodel!
Maar niet voor kunstenaars
Dat heb ik weer eens mogen ervaren tijden de afgelopen EURART-FAIR in Amsterdam. Er is mooie omzet gedraaid door de catering, en door het groepje organisatoren dat al jarenlang dit soort beurzen organiseert. Misschien ook door een paar exposanten. Maar de meesten zag ik vergeefs wachten op wat aandacht.
Misschien functioneert deze beurs voor portrettisten. En mensen die les willen geven kunnen er hun klanten werven. Welgeteld zag ik drie kramen van mensen die ik als kunstenaar wil beschouwen. De rest, ongeveer 100 deelnemers, presenteerde vooral lieve of verleidelijke meisjesgezichten, en veel naakte borsten. De zigeunerin met de traan was niet ver weg.
Eigenlijk had ik mijzelf de teleurstelling kunnen besparen. Ik denk dat het na de lange expositie-loze periode voor mij een te grote verleiding was om weer eens werk eens te mogen laten zien. En ik vond de plek leuk, de gashouder op het Westergasterrein.
Ik verkocht een penning in brons aan een aardige mevrouw, en ik heb wonderwel contact opgedaan met twee galeriehouders. Wie weet komt daar wat uit.
Ik ben niet uit de kosten van 1350,- gekomen. Dankzij een paar lieve vrienden die mij kwamen opzoeken heb ik er gezellige momenten gehad. Maar ik doe nooit meer mee.
Enkele dagen later werd ik verrast door een ander, schitterend verdienmodel. Naar aanleiding van die EuropArtFair belde mij iemand van het programma “Passie en plezier” van RTL-4. Of ik niet op tv wilde met mijn werk. Ik ken het programma niet, maar ze komen dan een middag filmen op je atelier en produceren een film van 1,5 minuut, die in het programma wordt uitgezonden. De film krijg je ook thuisgestuurd voor eigen gebruik.
Wauw denk je dan, ik wordt ontdekt! Na een gesprek van 10 minuten waarin mij het hemd van het lijf werd gevraagd over mijn achtergrond en motivatie, kwam er en-passant uit dat RTL-4 als commerciële zender een kleine bijdrage vraagt aan de deelnemers. In mijn geval slechts €2000.
Ze dachten zeker dat wie meedoet aan de EuropArtFair ook wel geld over heeft voor wat televisiebekendheid. Zo zie je maar weer dat er veel uit zo’n beurs kan voortkomen.
Ik zal niet op hun voorstel ingaan. Mijn besteedbaar budget voor dit jaar is op.
Inmiddels lees ik Tussen Kunst en Cash van NRC-journalisten Pieter van Os en Arjen Ribbens en zie dat kunstenaars sinds enige tijd een certificaat kunnen kopen. Dan wordt je gecertificeerd kunstenaar. Daarvoor moet je zijn bij het International Institute for Artists Accreditation van David Polak.
Diezelfde David is voorzitter van Stichting Kunstweek, “een algemeen nut beogende instelling”.
Met de Anbi-status genieten zowel die stichting als de donateurs fiscale voordelen. Volgens de oprichtingsakte is de doelstelling van Kunstweek “beeldende kunst en kunstenaars in de schijnwerpers te zetten”.
Hoe?
Met de Nationale Kunstweek, de beurs Nationale Kunstdagen (in de Beursfabriek in Nieuwegein), het Landelijk Atelierweekend, de verkiezing Kunstenaar van het Jaar en het Jaarboek voor Kunstenaars. Al deze activiteiten staan open voor iedereen. Ze hebben met elkaar gemeen dat op de bijbehorende sites al snel de betaalknop in zicht komt.
The First Art Group B.V. die de initiatieven van Stichting Kunstweek uitvoert, werkt nauw samen met De Kunst Collega’s B.V. uit Roermond, waarvan zo lees ik, Raoul Locht de enig aandeelhouder is. Deze vennootschap draagt onder andere zorg voor Art Eindhoven, de Annual Dutch Art Fair en de EuropArtFair. De beurzen zijn goed georganiseerd. Deelnemers mogen zoveel mensen uitnodigen als ze willen, dus worden de beurzen druk bezocht door familieleden en kennissen. Als je de kosten voor de deelnemers bij elkaar optelt, begrijp je dat dit een geweldig verdienmodel is voor de besloten vennootschappen. De Kunst Collega’s B.V. is eveneens verantwoordelijk voor de Nederlandse Associatie Voor Beeldend Kunstenaars, de NAKB; de vereniging die is bedoeld voor “kunstenaar die gezien willen worden”.
In mij komt nu het woord OCTOPUS op,
Met groet, Marina van der Kooi