Skip to content
Mijn NKvBHelp!

Statuten 1984


MR H.A.M. van Son, notaris

 

AFSCHRIFT
—————–
ener akte inhoudende
—————————

VASTLEGGING
———————-

VERENINGINGSSTATUTEN
—————————————

van:
——–


De Nederlandse Kring van Beeldhouwers
gevestigd te Amsterdam

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Akte d.d. 26 november 1984 verleden.


VASTLEGGING VERENIGINGSTATUTEN.

Heden de ZES en TWINTIGSTE NOVEMBER,
NEGENTIENHONDERD VIER EN TACHTIG
verschenen voor mij, Mr Henricus Antonius Maria van Son, notaris ter standplaats ’s-Hertogenbosch:
1. de heer Lucien Armand Marco den Arend, beeldend kunstenaar, volgens zijn verklaring geboren te Dordrecht op vijftien december negentienhonderd drie en veertig, wonende te Zwijndrecht, Nieuwstraat 7-11.
2.Mevrouw Maria Theodora Hubertine van de Weyer, beeldend kunstenares, volgens haar verklaring geboren te Bingelrade, gemeente Onderbanken op een en twintig september negentienhonderd een en vijftig, wonende te Tilburg, Mr Stormstraat 17.
De comparanten verklaarden:
dat voormelde vereniging is opgericht op twee juni negentienhonderd achttien; dat in de op veertien april negentienhonderd vier en tachtig te Utrecht gehouden Algemene Ledenvergadering – welke vergadering is gehouden overeenkomstig het daaromtrent in de statuten bepaalde –is besloten tot het vastleggen van de navolgende statuten der vereniging in een notariële akte, van welk besluit blijkt uit een uittreksel uit de notulen dier vergadering dat aan deze akte zal worden vastgehecht; dat zij, comparanten, door aangemelde Algemene Vergadering met de macht van substitutie, gemachtigd zijn om vorengemelde vastlegging der statuten te effectueren en dat deze statuten luiden als volgt:


NAAM EN DUUR
Artikel 1.
De vereniging draagt de naam:
De Nederlandse Kring van Beeldhouwers.
En is aangegaan voor onbepaalde tijd.


ZETEL
Artikel 2.
Zij heeft haar zetel in Amsterdam


DOEL
Artikel 3.
1.De vereniging heeft ten doel;
Werkzaam te zijn in het belang van de beeldhouwkunst en van haar beoefenaars.
Het beleid van de vereniging moet gericht zijn op de ontwikkeling van het vak en de bescherming en de bevordering van de belangen van de beoefenaars.
Zij tracht haar doel te bereiken langs wettige weg en wel door ;
1. het houden en organiseren van tentoonstellingen
2. zich te laten vertegenwoordigen in commissies en beleidsmatige organen
en door deel te nemen aan overlegsituaties met betrekking tot de beroepspositie
3. invloed uit te oefenen bij het uitschrijven van prijsvragen
4. het houden van voordrachten
5. en verder door het aanwenden van alle wettige middelen die aan het doel bevorderlijk kunnen zijn.

LEDEN
Artikel 4.
1.De Vereniging kent:
a. Ereleden;
b. Werkende leden;
c. Kunstlievende leden
d. Donateurs
2. Tot ereleden kunnen worden benoemd zij, aan wie de vereniging een blijk van waardering wenst te geven.
Werkende leden zijn de leden/beeldhouwers.
Kunstlievende leden zijn zij met grote belangstelling voor de beeldhouwkunst en de vereniging als zodanig doch behoeven de beeldhouwkunst niet zelf te bedrijven.
De voorwaarden om als donateurs te worden aangemerkt zijn opgenomen in het huishoudelijk reglement.
3. Leden van de vereniging kunnen zijn natuurlijke personen, die de achttienjarige leeftijd hebben bereikt.
4. Het bestuur houdt een register waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen.

TOELATING
Artikel 5.
1. Kandidaten voor het lidmaatschap dienen zich aan een ballotage te onderwerpen. De ballotage-procedure en de samenstelling van de ballotage-commissie worden nader geregeld in het technisch reglement.
2. Bij niet-toelating tot lid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.
3. Ereleden worden op voordracht van het bestuur door de Algemene Vergadering benoemd.

EINDE VAM HET LIDMAATSCHAP
Artikel 6.
1. Het lidmaatschap eindigt:
a.door de dood van het lid;
b.door opzegging van het lid;
c.door opzegging namens de vereniging. Deze kan geschieden wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer
redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
d.door ontzetting. Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten der vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
2. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.
3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar en met inachtneming met een opzeggingstermijn van vier weken. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd indien van de
vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
4. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid, doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.

5. Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit waarbij de verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard, te zijnen opzichte uit te sluiten.
6. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur.
7. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open voor de eerstvolgende algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld.
Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.
8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, is de jaarlijkse bijdrage slechts na rato verschuldigd.

AFDELINGEN
Artikel 7.
1. Leden van de vereniging kunnen worden ingedeeld in afdelingen, met betrekking tot welker instelling, wijziging, opheffing, territoriale begrenzingen en organisatie, de algemene vergadering – op voorstel van haar bestuur met inachtneming van bij deze statuten en het huishoudelijk reglement gestelde regelen – besluit. Bij de instelling van een afdeling zal het belang van de vereniging op geen enkele wijze mogen worden geschaad.
2. Met instelling van een afdeling zal eerst dan worden overgegaan indien zulks gewenst wordt door drie/vierde van in die regio woonachtige werkende en ereleden, met een minimum van tien.
3. Elke afdeling wordt bestuurd door een afdelingsbestuur bestaande uit een tenminste een voorzitter, een secretaris en een penningmeester, die door de afdelingsvergadering in functie worden benoemd.
4. Tot de afdelingsvergaderingen hebben toegang en het recht om aldaar het woord te voeren, alle leden van de vereniging die tot de betrokken afdeling behoren, alsmede de leden van het verenigingsbestuur, alsmede zij die door het afdelingsbestuur of de afdelingsvergadering worden uitgenodigd. In de afdelingsvergadering hebben de werkende en ereleden stemrecht en brengt ieder Stemgerechtigde éen stem uit.

JAARLIJKSE BIJDRAGE
Artikel 8.
1. De leden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage, die door de algemene vergadering zal worden vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld die een verschillende bijdrage betalen.
2. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van een bijdrage te verlenen.
3. De vaststelling van de contributie alsmede de wijze van inning is nader geregeld bij huishoudelijk reglement.

BESTUUR
Artikel 9.
Het bestuur bestaat uit negen natuurlijke personen die door de algemene vergadering uit de leden worden benoemd.

EINDE BESTUURSLIDMAATSCHAP -PERIODIEK LIDMAATSCHAP -SCHORSING
Artikel 10.
1.Elk bestuurslid, ook wanneer hij voor onbepaalde tijd is benoemd, kan te allen tijde door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst.
Ten aanzien van een besluit tot ontslag van een bestuurslid is het bepaalde in de leden 2 en 3 van artikel 19 van deze statuten van overeenkomstige toepassing. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt na verloop van die termijn.
2.Telkenjare treden tenminste drie leden van het bestuur af volgens een door het bestuur op te stellen rooster met dien verstande dat secretaris en penningmeester nooit gelijk aftreden. De aftredende is terstond herkiesbaar. Wie in de tussentijdse vacature wordt benoemd , neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.
3.Het bestuurslidmaatschap eindigt:
a.door het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging:
b.door bedanken.

BESTUURSFUNKTIES- BESLUITVORMING VAN HET BESTUUR
Artikel 11.
1.Het bestuur wijst uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester aan. Het kan voor elk hunner uit zijn midden een vervanger aanwijzen. Een bestuurslid kan niet meer dan één functie bekleden.
2.Van de verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen opgemaakt, die door de voorzitter en de secretaris worden vastgesteld en ondertekend. In afwijking van hetgeen de wet dienaangaande bepaalt, is het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit niet beslissend.
3.Het bestuur vergadert tenminste tien maal per jaar.
4.Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het bestuur worden gegeven.

BESTUURSTAAK – VERTEGENWOORDIGING
Artikel 12.
1.Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.
2.Indien het aantal bestuursleden beneden vijf is gedaald, blijft het bestuur bevoegd.
Het is echter verplichting zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats of open plaatsen aan de orde komt.
3.Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies die door het bestuur worden benoemd.

4.Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, het sluiten van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden beroep worden gedaan.
5.Het bestuur behoeft eveneens goedkeuring van de algemene vergadering voor het besluit tot:
II. onverminderd het bepaalde onder 11 het aangaan van rechtshandelingen en het verrichten van investeringen een bedrag en waarde , waarvan de hoogte bij huishoudelijk reglement wordt vastgesteld, te boven gaande;
II.a. het huren, verhuren en op andere wijze in gebruik of genot verkrijgen van onroerende goederen:
b. het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een bankkrediet wordt verleend:
c. het ter leen verstrekken van gelden alsmede het ter leen opnemen van gelden waaronder niet is begrepen het gebruikmaken van een aan de vereniging verleend bankkrediet.
d. het aangaan van dadingen;
e. het optreden in rechte, waaronder begrepen het voeren van arbitrale procedures, doch met uitzondering van het nemen van conservatoire maatregelen en van het nemen van die rechtsmaatregelen, die geen uitstel kunnen lijden;
f. het sluiten en wijzigen van arbeidsovereenkomsten.
Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden geen beroep worden gedaan.
6.Onverminderd het in de laatste volzin van lid 4 bepaalde , wordt de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigd;
a.hetzij door het bestuur;
b.hetzij door de voorzitter;
c.hetzij door twee andere bestuursleden.


JAARVERSLAG-REKENING EN VERANTWOORDING
Artikel 13.
1.Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met een en dertig december.
2.Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
3.Het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, zijn jaarverslag uit en doet onder overlegging van een balans en een staat van baten en lasten, rekening en verantwoording over zijn in het afgelopen boekjaar gevoerd bestuur.
Na verloop van termijn kan ieder lid deze rekening en verantwoording in rechte van het bestuur vorderen.
4.De algemene vergadering benoemt jaarlijks uit de leden een commissie van tenminste twee personen, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur.
De commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit.

5.Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de commissie van onderzoek zich door een deskundige doen bijstaan.
Het bestuur is verplicht aan de commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en inzage in de boeken en bescheiden der vereniging te geven.
6.De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere commissie.
7.Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 2 en 3, tien jaar lang te bewaren.

ALGEMENE VERGADERINGEN
Artikel 14.
1.Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
2.Jaarlijks worden tenminste een algemene vergadering gehouden waarin onder meer aan de orde komen voorziening in eventuele vacatures en de voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
Indien er slechts een algemene vergadering wordt gehouden is deze vergadering tevens de jaarvergadering, die uiterlijk zes maanden na afloop van het verenigingsjaar wordt gehouden.
In deze laatstgenoemde vergadering komen in ieder geval aan de orde :
a.het jaarverslag en de rekening en verantwoording bedoeld in artikel 13 met het verslag van de aldaar bedoelde commissie.
b. de benoeming van de in artikel 13 genoemde commissie voor het volgende verenigingsjaar.
3.Andere algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt.
4.Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van tenminste een zodanig aantal der werkende en/of ereleden als bevoegd is tot het uitbrengen van éen/tiende gedeelte der stemmen verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn niet langer dan twee weken.
Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven , kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 18.

TOEGANG EN STEMRECHT
ARTIKEL 15.
1.Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden van de vereniging. Geen toegang hebben geschorste leden en geschorste bestuursleden. Wel hebben zij toegang tot de vergadering waarin hun beroep tegen de schorsing wordt behandeld.
2.Over toelating van andere dan in lid 1 bedoelde personen beslist de algemene vergadering.
3.Ieder werkend lid en ieder erelid van de vereniging dat niet geschorst is, heeft éen stem.
4.Een lid kan zijn stem kan zijn stem door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid uitbrengen. Tevens bestaat de mogelijkheid om in meer speciale gevallen (bijvoorbeeld ziekte) de met betrekking tot het aan de orde komende voorstel uit te brengen stem rechtstreeks naar het bestuur te zenden.
5.Ieder lid – met uitzondering van bestuursleden – kan slechts voor één lid als gevolmachtigde optreden.

VOORZITTERSCHAP – NOTULEN
ARTIKEL16.
1.De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging of zijn plaatsvervanger. Ontbreken de voorzitter en zijn plaatsvervanger, dan treedt één der andere bestuursleden door het bestuur aan te wijzen, als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve.
2.Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt, die door de algemene vergadering worden vastgesteld en door de voorzitter en de notulist worden ondertekend. Zij die de vergadering bijeen roepen kunnen een notariëel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken.
De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht binnen een bij het huishoudelijk reglement vast te stellen termijn.

BESLUITVORMING VAN DE ALGEMENE VERGADERING
ARTIKEL 17.
1.Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter dat door de vergadering een besluit is genomen is beslissend.
2.Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het eerste lid bedoeld oordeel de juistheid daarvan betwist , dan vindt een nieuwe stemming plaats , wanneer de meerderheid der vergadering of indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
3.Voorzover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
4.Blanco stemmen worden beschouwd te zijn uitgebracht.
5.Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft gekregen, heeft een tweede stemming of in geval van een bindende voordracht een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten plaats. Heeft alsdan weder niemand de volstrekte meerderheid gekregen dan vinden herstemmingen plaats totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft verkregen , hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij gemelde herstemmingen (waaronder niet is inbegrepen de tweede stemming) wordt telkens gestemd tussen de personen op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op méér dan een persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht. Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken beslist het lot wie van beiden gekozen is.
6.Indien de stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezingen van personen, dan is het verworpen.
7.Alle stemmen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of één der stemgerechtigde zulks voor de stemming verlangt. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.
8.Een éénstemmig besluit van alle leden ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.
9.Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen –dus mede een voorstel tot – statuten wijziging of tot ontbinding – ook al heeft geen oproep plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergadering of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.

BIJEENROEPING ALGEMENE VERGADERING
ARTIKEL 18.
1.De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur.
De oproeping geschiedt schriftelijk aan de adressen van de leden volgens het ledenregister bedoeld in artikel 4. De termijn voor de oproeping bedraagt tenminste zeven dagen.
2.Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in artikel 19.

STATUTENWIJZIGING
ARTIKEL 19.
1.In de statuten van een vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijzigingen van de statuten zal worden voorgesteld.
2.Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten tenminste vijf dagen voor de vergadering een afschrift van dat voorstel waarin de voorgestelde wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt een afschrift zoals hiervoor bedoeld aan alle leden toegezonden.
3.Een besluit tot statutenwijziging behoeft een volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin tenminste twee/derde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd is.
Is niet twee/derde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd dan wordt na minimaal veertien dagen en maximaal dertig dagen daarna een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden waarin over het voorstel, zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest , -ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde leden – kan worden besloten met een volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
4.Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële acte is opgemaakt.
Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid bevoegd.

ONTBINDING.
ARTIKEL 20.
1.De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing.
2.Het batig saldo na vereffening vervalt aan diegenen die ten tijde van het besluit tot ontbinding lid waren.
Ieder hunner ontvangt een gelijk deel.
Bij het besluit tot ontbinding kan echter ook een andere bestemming aan het batig saldo worden gegeven.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT 
ARTIKEL 21.
1.De algemene vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen.
2.Het huishoudelijk reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.
3.Het huishoudelijk reglement bevat met name een regeling ten aanzien van de te organiseren tentoonstellingen.

 


De comparanten zijn mij ,notaris bekend.—————————————–
———————————————–WAARVAN AKTE, in minuut is
verleden te ’s-Hertogenbosch op de datum in het hoofd dezer akte vermeld.————-
Na zakelijke opgave van de inhoud van deze akte aan de
verschenen personen hebben deze verklaard van de inhoud van deze akte te hebben kennisgenomen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te stellen.————–
Vervolgens is deze akte na voorlezing door de comparanten en mij, notaris, ondertekend.
(Getekend): L.den Arend, Tine van de Weijer, H.A.M. van Son.